Een volgeling [2]
  • vol·ge·ling
enkelvoud meervoud
naamwoord volgeling volgelingen
verkleinwoord

de volgelingm

  1. iemand die een -vaak godsdienstig- leider volgt
    • Hij was een volgeling van Sai Baba. 
  2. (vlinders) bepaald soort nachtvlinder, Noctua comes  
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be